18 Apr 2018

ICTIS

Voorwoord
We weten dat de Romeinen, onder leiding van Claudius, zich omstreeks 43 na Chr. vestigden in Engeland in een plaats die ze Londinium noemden, het huidige Londen. Wat wellicht minder bekend is dat dit niet de eerste keer was de Romeinen voet aan wal zetten in het destijds geheten Brittannia. Engeland, en met name de streek rondom Cornwall en Devon, was rijk aan mineralen zoals koper en tin die ook in de oudheid voor vele producten werden gebruikt. Lang voor de Romeinen kwamen waren er al tinmijnen en ook in de Romeinse tijd werden de mijnen van Cornwall geëxploiteerd. Dit gewonnen materiaal moest natuurlijk naar Rome worden verscheept. De Griekse historicus Diodorus Siculus (van Sicilië) schreef in de eerste eeuw voor Chr. in Rome zijn magnum opus, de Bibliotheca Historica1, waarin hij spreekt over een haven op het eiland ‘ICTIS’ vanwaar het tinerts werd verscheept.
Over de exacte locatie van Ictis zijn de geleerden het niet eens2.

Plattegrond Cornwall 1200

Een verslag van Eric Taylor
Het delven van tin in Cornwall begon rond het jaar 2000 voor Chr. Ten tijde van de Romeinen waren de rijkste gebieden voor het vinden van tin in, wat nu heet, het Cambourne-Redruth gebied, het Land End schiereiland rond St Agnus en St Austell, aan de zuidkant van Bodmin Moor, en van Kit Hill tot Hingston Down. De methode van het winnen van tin stond bekend als ‘wassen’ – het tin kwam vrij door de ertsaarde te smelten. Dit was seizoensarbeid dat gedaan werd tijdens rustige perioden in de landbouw. 

De productie van redelijk pure blokken tin gebeurde min of meer op toevallige basis, maar het in de markt zetten van het metaal behoefte een goede organisatie. Daarom werden er onder meer speciale verhandelplaatsen aangewezen die op vaste kalenderdagen werden gebruikt.

Foto 2: Fenicisch oorlogschip3

Er wordt wel gesuggereerd dat de Feniciërs het eerste tin export vanuit Cornwall organiseerden, hetgeen niet door iedereen wordt onderschreven. Alhoewel het onzeker is of er wel of niet contact was tussen St. Michael’s Mound en de Feniciërs, in ieder geval vonden sportduikers in 1969 een stenen vaas met oren in Mount Bay die door het Brits museum werd toegeschreven als zijnde Fenicisch.
Er zijn diverse oude reisverslagen die vertellen hoe in de 6e eeuw voor Chr. de Carthager Admiraal Himilco4 de tin industrie in noordwest Europa ontwikkelde. Hij zette als één van de eerste zuid Europeanen voet aan wal in Cornwall toen de mijn in Morbihan op het topje van het Gallische Amorica was uitgeput. Na enkele jaren werden de mijnen echter weer teruggegeven aan de Kelten en de Carthagers keerden terug naar Cadiz.
Weer andere bronnen beweren dat de vraag naar tin één van de redenen was van de Romeinse invasie in Engeland.

Brons
Er zijn drie soorten brons:

  • Tin-brons. Plinius de oudere beschrijft dit materiaal dat geschikt was voor het maken van beelden. Tin-brons werd verkregen door het smelten van kopererts waar oud koper en tin aan werden toegevoegd in de verhouding van één deel tin tegen acht delen koper. Dit brons werd ook gebruikt bij de productie van spiegels die zeer sterk gepolijst moesten zijn, wapenuitrusting, juwelen zoals ringen en chirurgische instrumenten. 
  • Een legering bestaande uit 89-90 % tin en koper en antimoon of lood
  • Kleppen in waterbuizen werden gesmeed uit een legering van 73% koper, 19% lood en 8% tin.
Foto 3: Aes Signatum5

Ook voor tin waren er diverse toepassingen: 

  • Tin werd gemixt met lood om lood/tin soldeer te maken. Plinius beschrijft dat twee delen zwart lood werden gemixt met één deel tin om soldeer te maken dat bekend stond als tertiarum en werd gebruikt om loden pijpen aan elkaar te solderen.
  • Koperen ketels werden gecoat met tin om ze glanzend te maken en de kleurstof Tyrisch Purper, verkregen uit de Murex slak, werd liever bewaard in tinnen ketels dan in koperen.
  • Tin dioxide is teruggevonden in Romeinse huid crème – kennelijk gaf het de huid crème een dekkende, witte kleur. 

Tussen 280 en 250 voor Chr. werd de aes signatum, een zeer vroeg-Romeinse munt gemaakt van koper met een variabele hoeveelheid tin.

Foto 4: 18 e eeuwse her-uitgave van
de Bibliotheca Historica.

Diodorus Siculus schreef in de 1e eeuw6: "Deze Britten, die wonen naast het voorgebergte van Belerion (de oude naam voor Cornwall en het Land’s End schiereiland), leven op een zeer gastvrije en vriendelijke manier, die wordt toegeschreven aan hun intense omgang met buitenlandse handelaren. Zij bereiden met grote behendigheid het tin dat het land produceert. Hoewel dit metaal zeer kostbaar is, is het, als het wordt gedolven, vermengd met aarde, waarvan het door smelten en veredeling wordt gescheiden. Als het is veredelt wordt het in blokken gegoten, in de vorm van kubussen, of kleine blokjes, die worden getransporteerd naar een aangrenzend eiland, dat Ictis wordt genoemd. Bij laag water valt het gebied tussen dat Eiland en het vaste continent van Engeland droog; en men voert er grote hoeveelheden tin naar toe met hun karren. Hier wordt het door de handelaren gekocht en getransporteerd naar de kust van Gallië; vanwaar ze het over land met paarden in ongeveer dertig dagen naar de monding van de Rhone brengen."

In de Graauw’s Ancient Ports and Harbours, staat de haven van Ictis vermeld en wordt beschreven als gelokaliseerd op St Michael’s Mount, Marazion.

Herkomst van de naam Ictis
Een van de suggesties is dat in de Griekse tekst van Diodorus de naam voorkomt in de vierde naamval als IKTIN. De eerste naamval van IKTIN zou dan zijn IKTIS. Omdat de letter ‘K’ nauwelijks wordt gebruikt in het latijn, wordt IKTIS geschreven als ICTIS.
In de ‘Bibliotheca Historica’ beschrijft Diodorus een eiland dat een tin handelscentrum is en dat veronderstelt wordt gelegen te zijn langs de zuidkust van wat nu Engeland is. Er zijn wel twaalf plaatsen langs die zuidkust geïdentificeerd als Ictis, waaronder St Michael’s Mount in Cornwall, Mount Batten in Devon en Vectis, het eiland Wight.

1 st michaels mount 1200
Foto 5: St Michael's Mount 7

De locatie van Ictis
In hedendaagse literatuur neemt Gavin de Beer het standpunt in dat St. Michael’s Mount de meest waarschijnlijke locatie is voor Ictis, en deze veronderstelling wordt gesteund door de Roman Britain Organisation.8 Barry Cunliffe geeft de voorkeur aan Mount Batten op het schiereiland vlakbij Plymouth9, terwijl Miranda Aldhouse, schrijfster in de ‘Keltische wereld’ suggereert dat de twee meest voor de hand liggende locaties voor Ictis zijn Michael’s Mount en Mount Batten10.

Wat betreft het transport van tin vanuit Cornwall is er een verslag dat suggereert dat gesmolten tin werd verzameld in Ictis en daarna verzonden via de Golf van Biskaje naar de monding van de Loire. Vandaar werd het tin, via het Loire- en Rhone dal, naar Cadiz gezonden waar het over de Middellandse Zee werd verscheept naar Rome.

Foto 6: De drie mogelijke routes. Groen= over zee; Wit= naar de Loire en via Loire en Rhone dal naar Gadiz en vandaar per schip verder;
Rood= via Morlaix naar Marseille en vervolgens per schip naar Ostia.

Een andere mogelijke exportroute van tin was om het Kanaal over te steken naar Morlaix. Vanuit daar werd het tin dan door lastdieren naar Marseille gebracht. In de Baai van Morlaix is door duikers een Romeins scheepswrak gevonden met aan boord 3e en 4e -eeuws tin en keramiek (zie verslag onder aan dit artikel).
Aangenomen wordt dat transport van goederen over zee sneller was dan over land. Alhoewel de twee genoemde methodes over land een stuk minder gevaarlijk waren dan eerst de lange tocht over zee naar de Golf van Biskaje en vervolgens om het hele Iberisch Schiereiland heen varen. 

Diodorus Siculus rapporteerde zoals we reeds lazen: “Bij laag water valt het gebied tussen dat Eiland (waarschijnlijk Ictis) en het vaste continent van Engeland droog”.
Wat betekent dat voor de locatie van Ictis?

Vectis – De laatste ijstijd eindigde zo’n 9.000 jaar geleden en leidde tot een enorme stijging van de zeespiegel. Vectis werd daardoor, ongeveer 7.000 jaar geleden, van het vaste land van Brittannia gescheiden. Dit past dus duidelijk niet in het beeld van Ictis dat werd beschreven door Diodorus. Vectis ligt op zijn minst 100 miles verwijderd van de mijnen van Cornwall en het wegennet in het zuiden van Engeland laat te wensen over en dat was in de Romeinse tijd niet anders. Waarom zou tin uit Cornwall eerst een eind oostwaarts worden getransporteerd om het daarna op schepen te laden die vervolgens weer terug zouden varen in westelijke richting?

Mount Batten – Een van de redenen dat sommige de voorkeur geven aan Mount batten als de locatie van Ictis is omdat opgravingen ter plaatse en in de wijde omgeving veel Romeinse vondsten hebben opgeleverd. Het probleem hier is echter dat Mount Batten niet droog komt te liggen bij laag water, nooit gescheiden was van het vasteland bij vloed en, net als Vectis, niet past in de beschrijving van Diodorus.

Foto 7: Luchtopname van de Scilly eilanden15

De Scilly eilanden – Rond 1792 stelde John Vivian van Truro11 dat er geen metaalader van enige betekenis op de eilanden was gevonden. En als er één was gevonden was het praktisch onmogelijk om hier het tin uit te halen omdat er geen bruikbaar water voorhanden was. Hij vervolgde met te zeggen dat het onmogelijk was om tin te delven op de Scilly eilanden en hij veronderstelde dat de Romeinen tot dezelfde conclusie waren gekomen.
In 445 voor Chr. noemde Herodotus Brittannia de Tin eilanden of Cassiterides waardoor velen nu denken dat de term Cassiterides refereert aan de Scilly eilanden, of mede omsluit.  Professor Charles Thomas12 beschreef in 1985 hoe de eilanden voor vele duizenden jaren van het vasteland waren afgescheiden maar hij ging door te zeggen dat het water tussen de eilanden zo ondiep was dat drie van de eilanden bij laag water één eiland vormden. Omdat er zo weinig tin op de eilanden was zou het vanuit havens aan de noordkust van Cornwall kunnen zijn aangevoerd. Maar hoe werd het tin dan vanaf de Scilly eilanden geëxporteerd?
Bij Caerleon, in het zuiden van Wales is in 2010 een Romeinse haven ontdekt en het bleek dat er hier troepen waren geland om het Keltische Wales en de grenzen van Wales te controleren13. Hierdoor bleven er lege schepen achter die weer naar het zuiden, naar de Middellandse Zee konden varen. Deze schepen kwamen dan langs de Scilly eilanden alwaar ze tin zouden hebben kunnen meenemen. Je zou hier uit kunnen afleiden dat al met al Ictis mogelijk toch op de Scilly eilanden was gesitueerd.
Als we er van uitgaan dat Mount Batten en Vectis niet Ictis waren, wil dat niet zeggen dat het op zich geen drukke havens waren. Zonder twijfel was Mount Batten betrokken bij de export van tin uit Cornwall, en archeologische vondsten bewijzen dat, zeker in de Romeinse tijd, het een drukke plaats was.

Foto 8: Vloermozaïek in Romeinse villa op het eiland Vectis16

Vectis zou een haven kunnen zijn geweest waar goederen werden heengebracht en verzameld; wellicht stopte Phytheas14 hier of voer hij hier langs op zijn zoektocht naar amber. Zoals al gezegd: Mount Batten en Vectis hebben tegen dat ze niet voldoen aan de beschrijving van Diodorus.
St. Michael’s Mount voldoet wel aan de beschrijving van Diodorus en de heuvel zou duidelijk zichtbaar zijn geweest voor zeelui die het Kanaal op voeren. In tegenstelling tot sommige suggesties werd er op de Mount relevant archeologisch materiaal gevonden door de Cornwall Archaeological Unit bij hun opgravingen tussen 1995 en 1998. Tijdens de opgravingen werd er aardewerk uit de Ictis periode gevonden en de contouren van zes waarschijnlijk ronde huizen.
Een reden die aangedragen werd waarom de Mount niet Ictis kon zijn was het feit dat Mount’s Bay omringd was door bossen. Op dat punt stond de Mount bekend als Hore-Rock in the wood. Bij het dateren van de resten van oude boomwortels uit de baai is echter gebleken dat de bomen op z’n minst 1500 jaar voordat Pytheas in 325 voor Chr. door het gebied voer, onder water kwamen te staan. Dus, volgens Penhalluric17 in ‘Tin in Antiquity’, zijn er geen geologische of historische argumenten waarom St. Michael’s Mount niet ziu kunnen worden geaccepteerd als de locatie van Ictis. De kustlijn van Mount’s Bay was in de tijd van Pytheus en Diodorus ongeveer hetzelfde als vandaag de dag.
Zoals voorheen al gezegd: er is geen bewijs dat het Mount Batten schiereiland ooit, elke keer bij hoogtij, werd afgesneden van het vaste land, of zelfs af en toe, hetgeen bij de Scilly eilanden waarschijnlijk het geval kan zijn geweest..

 

Klik op foto voor een verslag van het Romeinse scheepswrak bij Morlaix

  • notes:
  • 1:De Bibliotheca Historica van Diodorus Siculus bestond uit 40 boeken. De eerste 6 boeken waren geografisch van aard. De rest beschreef de wereldgeschiedenis vanaf de opvolgers van Alexander de Grote. Alleen de boeken I - V en XI - XX zijn bewaard gebleven. Van de andere boeken zijn slechts fragmenten bekend.
  • 2: Miranda Aldhouse-Green schreef  in 1996 in The Celtic World: "De twee plaatsen die met de grootste waarschijnlijkheid voor Ictis in aanmerking komen, zijn: het eiland St Michael's Mount te Cornwall en het schiereiland van Mount Batten in de Plymouth Sound (Cunliffe 1983; Hawkes 1984) ... Mount Batten lijkt archeologisch het waarschijnlijkst want er is een aantal vondsten uit die plaats bekend die een aanwijzing zijn dat het een vooraanstaande positie in de internationale handel innam vanaf de vierde eeuw voor Christus tot de eerste eeuw na Christus (Cunliffe 1988)."
  • 3:Photo 3 - Reliëf uit Niniveh (nu in het Brirish museum)
  • 4: Himilco-de zeevaarder was niet de eerste die naar noord-west kust van Europa voer. Hij volgde de route van de Tarlessers (koninkrijk nabij Gades) Himilco wordt vier keer genoemd door Rufus Festus Avienus in zijn Ora Maritima (V.113-128) uit de vierde eeuw na Chr. en de oudste referentie van zijn reis werd gegeven door Plinius de Oudere in zijn Natural History (2.169a)
  • 5: Aes Signatum; brons Romeins 5e eeuw voor Chr. (Vaticaanse Bibliotheek)
  • 6: Bibliotheca Historica Boek V hoofdstuk 22
  • 7: Foto 5 by Chensiyuan - Own work, CC BY-SA 4.0, https://commons.wikimedia.org/w/index.php?curid=60956425
  • 8: Gavin de Beer, Brits evolutionair embryoloog. - 'Iktin', in The Geographical Journal vol. 126 (1960)
  • 9: Barry W. Cunliffe, Brits archeoloog - 'Ictis: Is it here?' in Oxford Journal of Archaeology, vol. 2:1 (maart 1983)
  • 10: Miranda Jane Aldhouse-Green, The Celtic World (1996), 276
  • 11: John Vivian van Truro(born 1750 – 7 December 1826) was een Welsh industrieel in Cornisch extractie.
  • 12: Antony Charles Thomas (26 April 1928 – 7 April 2016) was een Brits historicus en arcaeoloog en Professor of Cornish Studies aan de Universiteit van Exeter, en de eerste directeur van het Instituut van Corirnisch studies, van 1971 tot aan zijn pensioen in 1991
  • 13: Klik hier voor een animatievideo over het Romeinse fort en haven van Caerleon in Wales
  • 14: Pytheas van Massalia (Oudgrieks: Πυθέας ο Μασσαλιώτης) was een Griekse ontdekkingsreiziger uit de 4e eeuw v.Chr., afkomstig uit de Griekse kolonie Massalia, het huidige Marseille.
  • 15: Foto 7 - http://earthobservatory.nasa.gov/Newsroom/NewImages/images.php3?img_id=17615
  • 16: Foto 8 - Mark Hogan
  • 17:Tin in Antiquity: Its Mining and Trade Throughout the Ancient World with Particular Reference to Cornwall (Maney Main Publications) – October 1, 2008

Waardeert u ons werk?

Wordt lid van Roman Ports en ontvang het boek of doe een donatie!

Wordt lid en steun ons
Recente artikelen & projecten

Sullecthum (Salakta)

Sullecthum (Salakta)

In de Sahel, in de Tunesische provincie Madhia vinden we aan zee het kleine stadje Salakta....

Lees meer...

Colonia Julia ad Turrem Libisonis

Colonia Julia ad Turrem Libisonis

.....waarschijnlijk gesticht door Julius Ceasar in het noord-westen van Sardinië.

Lees meer...

Kaunos, havenstad van 'groene mensen'

Kaunos, havenstad van 'groene mensen'

.....de stad heeft dokken en een haven die kan worden afgesloten.

Lees meer...

Ariminum

Ariminum

.....En Ariminum heeft een haven en een rivier met dezelfde naam.

Lees meer...

Alle rivieren leiden naar Rome

Alle rivieren leiden naar Rome

.....rivieren waren de slagaders van het Romeinse Rijk...........

Lees meer...
Laatste nieuws

About Roman Ports

Amor and PsycheWe are committed to providing versions of our articles and interviews in several languages, but our first language is English.

Please become a member of the Facebook group, which is our main communication platform. There you can learn about upcoming events and items of interest, post your own photos, or share any stories or general questions you may have.

If you have specific questions about our organisation, questions about financial issues, if you would like to assist in the production of our online magazine, or if you have specific requests or ideas for content, use our contactform below. You can contact us in any language!